Search

recto Diceros bicornis bicornis (Black rhinoceros; male)

[Hand G:]
Rhinoceros bul. geschoten by ‘t begin der Gamka of leeuwen rivier; in het zuidergedeelte van africa. den 2 nov: 1778. R:J: Gordon. hij hiet in het hottentots nàbab de na met een harde klap uitgesproken. in het caffers inkoemboe.

zy lopen meest twe en 3 by een, ook somtyds meer, krygen maar een jonk.

men moet wel 150 uren reisen, eer men er een ziet, doordien zij in den omtrek van de caap uitgeroeit zyn.

[scale of 9 Rhinelands feet]

[Verso, hand S1:]
Hij heeft ook stijve hairtjes 2. lijnen lang, hier en daar tusschen de naden van het vel, en eenigen om het oog. Aan de boven rand van het oor sijn sij stijver, en 2½ duijm lang. Tusschen Bul en Koeij omtrent een onderscheid als in de hippopotamus en meer niet.

Zijn oog is maar 8. lijnen langste diameter, en dit ¾. duijm diep in sijn rimpelige oogleeden, soo dat hij niet vooruijt kan sien,x [added below in Hand G:] dit heb ik bevonden, op nader examinatie, veroorsaakt te zyn geweest, door de swelling in een dode rinoster een leevende, heeft syne kleine ogen gelijk met de oogleden sodat hy even regt voor uit sien kan.

en maar het geene in de klijne gesigt lijn komt. Zoo as hij iets verneemt, draaijt hij er zig met het hoofd na toe, als schijnende sig meer op sijn reuk en gehoor, als op zijn gesigt te vertrouwen. egter draayt en slingerd hij sijn kop veel in het loopen, dat hij harder dan een paard kan doen, egter ontwijkt men hem ligt, als men onder de wind blijft, zijnde hij anders zeer dangereus, als hij de grond opploegd, maakt hij veeltijds twee vooren, doordien hij het hoofd op zij slingerd, loopende en springende heen en weeder als dol met de staart regt uijt.

van het vegten met den Oliphant heb ik nooijt iets vernomen, zijn geluid is een geknor en sterk geblaas, bijna als fluiten.

Sijn vel is niet so dik als de hippopotamus, zijnde maar ¾ duijm dik. de reeten dewelke het selve in alle directies doorloopen, formeeren meer ronden, daar de hippopotamus vierkant meest formeerd, maar een linie diepte. hij heeft een plooij van 3. duijm diep bij de lies. en een van een duijm agter het blad bij het begin der ribben. een plooij een en drie quart duijm diep agter de ooren, negen plooijen op de ribben, de diepte ½ duijm, twe klijne plooijen boven de hiel, en vier voor de borst; alle deese plooijen formeeren sig door de beweging van het dier, ik ben verwonderd geweest over het verschil van de Caabse rhinoster en die in Buffon verbeeld was.

de boven lip van dit dier heeft geen andere beweging als de lippen+ [added below, Hand G: heb ook bevonden dat zyn bovenmuil zeer beweegbaar is, so dat hy met deselve de bosjes, tot zyn voedsel na sig neemt. van dertien renocerossen, op myne reise in 1779 geschoten, was er gene die so veele rimpels in het vel had, als dese.] van de meeste dieren. hij heeft geen tanden voor in den muil, en 7. maal tanden in ijder kaak dus 28. in 't geheel, de bovensten hebben de buijten sijde iets langer, so dat sij als over de ondersten, schijnen te sluijten, men gebruijkt sijn vel voor sweepen, en het vlees wordt gegeeten en lekker gehouden, als hij niet te oud is, hij heeft 3. nagels of liever hoeven aan ijder voet, en een losse sool onder de voeten, dit dier deed ijmand den hippopotamus ten eersten in gedachten komen, uijtgenomen sijn cop, welkers snuijt veel na een schildpad gelijkt. de hoorens sitten aan het vel ½ duijm bij de basis van een, op een bolle hoogte van het voorhoofd dat glad is, agter kan men deselve met force maar even verwiggelen. hij doed so veel quaad met sijn pooten als met sijne hoorens, sijn staart is boven rond en onder platagtig, heeft ook een naad waarom de hairtjes sitten, als des hippopotamus. sijne couleur is donker bruijn, en incarnaat bij de buijk in de plooijen, dog doordien hij sig veel in de kleij wenteld, siet hij uijt als de grond, daar hij sig ophoud.

voet duijm lijnen rijnl:
Lengte van voor de hooren tot 't begin der staart volgens rondte 11. 0. 3.
omtrek der kop tussen de hoorens 3. 6. 3.
agter de ooren 5. 0. 6.
voor de voorpooten 7. 4. 9.
midden om sijn dikke nek 6. 6. 3.
agter de voorpooten 8. 5. ¾.
midden om het lijf 9. 9. 0.
voor de agter pooten 7. 11. 0.
breedte van vooren bij de borst 2. 1. 0.
“ van agteren alles regte lijn 2. 4. 0.
omtrek de voorpooten aan het lijf 3. 6. 3.
“ bij de poignet 1. 9. 6.
“ om het smalste 1. 6. 0.
den agterpooten aan het lijf 3. 9. 9.
om de hiel 1. 10. 0.
om het smalste 1. 4. 0.
omtrek der grootte hoorens bij de basis 2. 1. 6.
des klijnste 1. 6. 6.

de schaal toond de rest aan: hy is op 118. pas geschooten met een kogel van 10. in een pond.

[Hand G:]
Rhinoceros bull, shot at the beginning of the Gamka or Leeuwen River, in the southern part of Africa. 2 November 1778, R.J. Gordon..

It is called nàbab by the Hottentots, the na pronounced with a loud click. The Cafres call it inkoemboe.

There are usually 2 or 3 together, sometimes more. They have only one young.

One has to travel some 150 hours before it is seen, because it is exterminated near the Cape.

[scale of 9 Rhinelands feet]

[Verso, Hand S1:]
It also has stiff black hairs, 2 lines long, here and there between folds in the skin and some around the eye. On the upper edge of the ear they are stiffer and 2½ inches long. There is no greater difference between male and female than in the hippopotamus.

Its eye is only 8 lines in the longest diameter, and is located ¾ inch deep inside its wrinkled eyelids, so that it can not see straight ahead and sees only what appears in its restricted field of vision.+ [added below, Hand G:] + I have found, on closer examination, that this was caused by the bloating of the dead rhinoceros. A living one has its small eyes on the same level as the eyelids, so that it can look straight ahead.

When it hears something, it turns its head in that direction, seemingly trusting its smell and hearing better than its sight. However, it often turns and swings its head when walking, which it can do faster than a horse. But one easily avoids it by staying downwind, because they are very dangerous otherwise. When it ploughs the ground, it often makes two furrows because it swings its head sideways, walking and jumping to and fro madly with tail outstretched.

I have never heard anything about its fighting with an elephant.

Its noise is a grunt and strong blowing, almost like a flute.

Its hide is not as thick as that of a hippopotamus, only ¾ inch thick. Many wrinkles run through the hide in all directions, forming round areas of the skin, where the hippo has square ones, only 1 line deep. It has a groove, 3 inches deep, near the groin and 1 inch deep behind the shoulder blade near the beginning of the ribs. There is a groove 1 ¾ inch deep behind the ears, 9 grooves on the ribs, ½ inch deep; further two small grooves above the heel and four below the breast; all these grooves are formed by the animal's movements.

I have been surprised by the difference between the Cape rhinoceros and that shown in Buffon.

This animal's upper lip has no other movement than that of most animals. [x] [Added below, Hand G:]+ I have also found that its upper jaw is extremely mobile so that it uses this to pull the bushes for its food towards itself. Among 13 rhinos killed during my trip in 1779, none had so many skin grooves as this one.] It has no teeth in the front part of its mouth, and 7 teeth in each jaw, thus 28 in all. The upper teeth have somewhat longer outer sides, so that they seem to fit over the lower ones.

Its hide is used to make whips and the meat is eaten and said to be tasty when the animal is not too old.

It has 3 nails or rather hooves on each foot and a loose under-sole.

This animal at first looks like a hippopotamus, except for the head, the nose of which looks like that of a tortoise. The horns are attached to the hide ½ inch apart at their basws, on the convex summit of their smooth forehead. But it can be moved a little by force. It does as much harm with its legs as with its horns. Its tail is round above and flattish underneath and it has a seam around which the hairs are located as in the hippopotamus.

Its colour is dark brown and it is flesh-coloured inside the belly grooves but it often wallows in mud and so resembles the ground on which it lives.

Rhineland feet inches lines
length from in front of the horns to the beginning of the tail following the curves 11. 0. 3.
circumference of the head between the horns 3. 6. 3.
behind the ears 5. 0. 6.
Ahead of the front legs 7. 4. 9.
middle around its thick neck 6. 6. 3.
behind the front legs 8. 5. ¾.
middle around the body 9. 9. 0.
ahead of the hind legs 7. 11. 0.
width of the front at the chest 2. 1. 0.
from behind in a straight line 2. 4. 0.
circumference of the front legs in a straight line 3. 6. 3.
at the wrist 1. 9. 6.
at the narrowest 1. 6. 0.
the hind legs at the body 3. 9. 9.
around the heel 1. 10. 0.
around the narrowest 1. 4. 0.
circumference of the great horns at the base 2. 1. 6.
the smallest 1. 6. 6.

The scale indicates the rest. It was killed at a distance of 118 paces with a 10-to-the-pound bullet.

Object data